Pedagogisch beleid

Het Kabouterhuis is een kinderdagverblijf dat kinderen in de leeftijd van 20 maanden tot 4 jaar opvangt.

In de Wet Kinderopvang is vastgelegd dat een houder van een kindercentrum verantwoorde kinderopvang aanbiedt. Dat wil zeggen opvang die bijdraagt aan een goede en gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige en gezonde omgeving.
Het Kabouterhuis draagt hier zorg voor. Dit is terug te vinden in ons pedagogisch beleidsplan.
Het pedagogisch beleid geeft richting aan het dagelijkse handelen van de pedagogisch werkers, ook wel leidsters genoemd, en vormt de basis voor de inrichting van de omgeving waarin het kind verkeert.

In ons pedagogisch beleid staat beschreven:

  • De vier competenties van professor Riksen-Walraven.
  • De werkwijze, leidster-kind ratio en de leeftijdsopbouw van de groepen in Het Kabouterhuis. Een beschrijving van de momenten waarop de kinderen hun stamgroep verlaten.
  • De (spel)activiteiten die kinderen binnen en buiten kunnen verrichten.
  • De samenstelling van het team en hoe deze beroepskrachten en stagiaires ondersteund worden. Daarnaast ook hoe vervanging bij ziekte gerealiseerd wordt.
  • De samenstelling en de functie van de oudercommissie.
  • Hoe gaan wij te werk als een ouder een klacht heeft: interne en externe klachtenregeling.
  • Waarborg veiligheid en gezondheid met behulp van inventarisatielijsten gezondheid en veiligheid en met behulp van regels en protocollen.
  • Informatie-uitwisseling tussen ouders en leidsters.

De vier competenties zijn:

  • Een gevoel van emotionele veiligheid bieden. (Dit is het belangrijkste basisdoel).
    Wij bieden dit door te werken met vaste invoelende leidsters, een vertrouwde groep leeftijdsgenoten en door de speelruimte zo in te richten dat de kinderen het herkennen als een veilige en gezellige speelplek.
  • Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van persoonlijke competenties. De persoonlijke competenties zoals zelfstandigheid, zelfvertrouwen, veerkracht en flexibiliteit worden ontwikkeld door de stimulerende en waarderende houding van de leidsters en de mogelijkheid tot exploratie en (samen)spel.
  • Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties.
    Door de interactie met leeftijdgenoten en het deelnemen aan groepsgebeurtenissen ontwikkelen de kinderen het vermogen om zich te verplaatsen in de ander, te communiceren en samen te werken met een ander. Dit ontwikkelt zich spelenderwijs door het samenspelen en door de kringgesprekken en kringactiviteiten. De leidster heeft dan een sturende functie en een voorbeeldfunctie.
  • De kans bieden om zich waarden en normen, de ”cultuur” van een samenleving, eigen te maken. Ook hier heeft de leidster een voorbeeldfunctie. Wat wij graag terug zien bij de kinderen zullen wij ook zelf moeten laten zien. Zoals bijvoorbeeld elkaar met de naam aanspreken. Elk kind wordt ’s morgens persoonlijk begroet en welkom geheten. In de kring zingen wij regelmatig met de kinderen het liedje: “Goedemorgen ……. , blij jou weer te zien, wie zit er naast jou weet je dat misschien?”.

Deze vier competenties komen ook naar voren in het onderstaande stuk waar onze doelstelling in het algemeen staat beschreven en waar de vier competenties doorheen verweven zijn.

Elk kind heeft het recht zich in zijn eigen tempo en op zijn eigen niveau te ontwikkelen in een veilige en sensitieve omgeving. Ons doel is dan ook de voorwaarden hiervoor te creëren.

De sfeer op de peutergroep is belangrijk. Een peuter heeft grote behoefte aan een sfeer waarin hij zich veilig voelt. Vanuit deze zekerheid zal hij vrij gaan spelen en zich spelenderwijs ontwikkelen.
Een veilige sfeer creëren wij door de ruimte vertrouwd in te richten, dat wil zeggen dat het speelmateriaal en het meubilair op vaste plaatsen staat en er uitnodigend uitziet.
Voor de kinderen is het fijn om elke dag een vertrouwde leidster te hebben. Daarom is elk kind gekoppeld aan drie vaste beroepskrachten, waaronder de mentor van het kind. Een van deze beroepskrachten moet werkzaam zijn op de groep als het kind aanwezig is.

Indeling van de groepen
Het Kabouterhuis heeft twee peutergroepen met elk maximaal 13 kinderen in de leeftijd van 20 maanden tot 4 jaar. De kinderen hebben vaste dagen waarop zij komen en herkennen daardoor hun groepsgenoten.
Op elke groep zijn minstens twee vaste leidster. De ouders brengen het kind in het speellokaal en samen hangen zij de foto van het kind op aan de fotowand. Daarna neemt de ouder afscheid. Wanneer de ouder weggaat is het goed als hij of zij duidelijk afscheid neemt en zegt straks weer terug te komen. Ook al moet een kind dan soms huilen. Op den duur raakt ieder kind aan dit ritueel gewend en krijgt het vanzelf vertrouwen in de terugkomst van de ouder.

Op maandag, dinsdag, woensdag en donderdag is Het Kabouterhuis open van 8.00 tot 18.15 uur. Op maandag, dinsdag en donderdag zijn er drie momenten waarop kinderen gehaald kunnen worden: 12.45 uur, 15.15 uur en 18.15 uur. Op woensdag zijn er twee ophaalmomenten: 12.45 en 18.15 uur
Op vrijdag is Het Kabouterhuis open van 8.00 tot 12.45 uur.

BKR, de beroepskracht-kindratio.
Het Kabouterhuis heeft op maandag tot en met donderdag twee groepen. Op vrijdag is er 1,5 groep.
Op maandag tot en met donderdag beginnen er minstens twee pedagogisch medewerkers om 8.00 uur.
Om 8.15 uur zijn er minstens vier pedagogisch medewerkers voor de twee groepen.
Op vrijdag beginnen er twee pm-ers om 8.00 uur en de derde begint om 8.15 uur.

In de wet staat beschreven dat een kinderdagverblijf dagelijks drie uur mag afwijken van de BKR, de beroepskracht- kind ratio. Dat betekent dat er drie uur per dag minder personeel op de groep  mag staan mits je in je beleid goed beschrijft dat dit verantwoord gebeurt. Wij vinden drie uur per dag met minder personeel op de groep staan niet te verantwoorden, het vermindert de pedagogische kwaliteit, de veiligheid en verhoogt de werkdruk voor de pedagogisch medewerkers.

Het enige moment waarop Het Kabouterhuis afwijkt van de BKR is het eerste kwartier in de ochtend. Tussen 8.00 uur en 8.15 uur. In dit kwartier worden een paar kinderen gebracht, de groep groeit langzaam en de pm-er heeft tijd en aandacht om het kind te ontvangen en informatie uit te wisselen. De emotionele veiligheid van de kinderen wordt gewaarborgd door de vaste beginrituelen en omdat er altijd een vertrouwde leidster op de groep staat.
In Het Kabouterhuis werken vaste medewerkers in een vast rooster. Voor de kinderen en de ouders dus altijd een bekend gezicht. Op ons informatiebord in de gang hangen de foto’s van de juffen die op die dag werken. Voor de ouders en kinderen is het fijn om op deze toegankelijke manier te zien wie er op die dag is.

Beschrijving van de personele inzet per groep beschreven:

De tuinkabouters De boskabouters
Maandag één pm-er om 7.30 uur
De tweede pm-er begint om 8.00 uur
De derde pm-er begint om 11 uur
Een pm-er stopt om 13.15 uur
De tweede stopt om 15.30 uur
De derde stopt om 18.15 uur
Maandag twee pm-ers om 7.30 uur
De derde pm-er begint om 13.00 uur
Een pm-er stopt om 13.00 uur
De tweede pm-er stopt om 15.30
De derde pm-er stopt om 18.15 uur
Dinsdag twee pm-ers om 8.00 uur
De derde pm-er begint om 8.15 uur
De eerste pm-er stopt om 13.15
De tweede pm-er stopt om 14.45 uur
De derde pm-er stopt om 15.30 uur
Dinsdag één pm-er om 8.00 uur
De tweede pm-er begint om 8.15 uur
De derde pm-er begint om 10.15 uur
De eerste pm-er stopt om 15.30 uur
De tweede en derde pm-er stoppen om 18.15
Woensdag één pm-er om 8.00 uur
De tweede pm-er begint om 8.15 uur
Een pm-er stopt om 13.00 uur
De tweede pm-er stopt om 18.15 uur
Woensdag één pm-er om 8.00 uur
De tweede pm-er begint om 8.15 uur
De derde pm-er begint om 10.45 uur
Twee pm-ers stoppen om 13.00 uur
De derde pm-er stopt om 18.15 uur
Donderdag twee pm-ers om 8.00 uur
De derde pm-er begint om 8.15 uur
De eerste pm-er stopt om 13.15 uur
De tweede pm-er stopt om 14.45 uur
De derde pm-er stopt om 15.30 uur
Donderdag één pm-er om 8.00 uur
De tweede pm-er begint om 8.30 uur
De derde pm-er begint om 14.00 uur
Een pm-er stopt om 15.30 uur
De tweede en derde pm-er stoppen om 18.15
Vrijdag één pm-er om 8.00 uur
De tweede pm-er begint om 8.15 uur
Beide pm-ers stoppen om 13.30 uur
Vrijdag één pm-er om 8.00 uur
Zij stopt om 13.00 uur

Wanneer verlaten de kinderen hun stamgroep
De groepen worden in de middag samengevoegd. Dit gebeurt omdat er in het ene lokaal gespeeld wordt en in het andere lokaal geslapen. Om 12.45 verzamelen de kinderen die gaan slapen zich in lokaal 2 en de kinderen die niet slapen gaan spelen in lokaal 1. Op dit moment verlaat een deel van de kinderen zijn stamgroep: de kinderen van groep 1 die slapen gaan van lokaal 1 naar lokaal 2. De kinderen van groep 2 die niet slapen gaan van lokaal 2 naar lokaal 1.Op de aanwezigheidslijst staat vermeld welke kinderen ’s middags slapen en welke kinderen niet.

Ons beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen:
Soms wordt gevraagd of een kind een extra dag of dagdeel naar Het Kabouterhuis kan komen. Als de groepsgrootte onder de 13 is en als er een derde volwassene op de groep werkt is dit mogelijk. Het kind komt dan bij voorkeur in zijn eigen stamgroep.
Als er alleen plaats is op de andere groep wordt dit uitdrukkelijk tegen de ouders gezegd. De extra aanwezigheid van het kind wordt op de aanwezigheidslijst bijgeschreven.

Indeling van de dag:
Een zekere vaste indeling van de dag geeft een vertrouwd gevoel; de peuter weet wat er gebeurt. Zo is onze globale indeling:
De kinderen kunnen gebracht worden tussen 8.00 en 9.00 uur.
We hebben een vast beginritueel: Het kind doet in de gang de jas en schoenen uit en trekt pantoffeltjes aan. Daarna komen ouder en kind binnen. Op de tafel liggen de foto’s van alle kinderen die die dag komen spelen. Het kind pakt de eigen foto en hangt deze op aan de fotomuur. Daarna nemen ouder en kind afscheid en zwaait het kind samen met de juf de ouder uit. Het kind gaat na het zwaaien vrij spelen, alleen of met anderen kinderen.
Vrij spelen tot 9.30 uur.
Daarna de speelzaal met ons allen opruimen. Het is nu tijd voor de beweegactiviteit. Zie verder het beweegbeleid.
Dan in de kring om met elkaar fruit te eten en water te drinken. We zingen ook liedjes en we praten met elkaar over wat de kinderen bezig houdt. Terwijl we een koekje eten leest juf een boek voor.
Na de kring gaan de kinderen plassen en handen wassen. Luiers worden nagekeken en verschoond als het nodig is.
Daarna buiten spelen.
Als het koud is gaan we kort buiten spelen, ongeveer 30 minuten. Als het mooi weer is spelen we 30 tot 60 minuten buiten.
Na het buitenspelen gaan de kinderen plassen handen wassen.
Om 12.00 uur luncht elke groep met de leidsters.
Om 12.45 uur wordt een aantal kinderen opgehaald. De andere kinderen gaan of slapen in lokaal 2 of spelen in lokaal 1. Zie het toegevoegde slaapbeleid.

Om ongeveer 14.15 uur gaan we in de kring voor een kopje thee met een koekje. daarna gaan we buiten spelen.
De kinderen die hebben geslapen drinken tussen 14.30 en 15.00 uur hun thee in het slaaplokaal.
Om 15.15 is het tweede haalmoment. Om 16.30 uur eten de kinderen een cracker die zij zelf smeren met humus of groentespread. Dan nog lekker rauwkost en een bekertje water.
Alle eet- en drinkmomenten staan beschreven in het toegevoegde eetbeleid.

Zowel het individueel spelen als het groepsgebeuren komt aan bod in de peuteropvang. Jonge peuters spelen meestal veel zelf of naast een ander kind, de oudere peuter zal steeds meer samen spelen.

Het speelmateriaal is goed bereikbaar voor de peuters; in een open kast staan puzzels en divers speelgoed om aan tafel mee te spelen, in een andere open kast staan kleurpotloden en tekenpapier, op de grond staat divers bouwmateriaal, in de ene hoek is de poppenhoek en in de andere staat een klimrek.
De peuters maken zelf een keuze waar ze mee willen spelen. De leidsters letten erop dat ieder kind met plezier speelt en zo nodig begeleiden zij daarbij.
De peuters pakken zelf het speelmateriaal of tekenmateriaal uit de open kasten en zetten dit weer terug in de kast als ze wat anders gaan doen. Als de peuters dit nog niet uit zichzelf doen dan helpt de leidster hen hierbij.

De kring
Halverwege de ochtend gaan we met de kinderen in een kring zitten. Dit is behalve een rustmoment ook een leermoment voor de kinderen. Zo leren ze even in de belangstelling te staan en iets te vertellen, naar elkaar te luisteren en op hun beurt te wachten. De taalontwikkeling wordt in de kring gestimuleerd door samen te praten, liedjes te zingen en een boek voor te lezen. In de kring eten we fruit en een koekje en we drinken water. ’s Middags drinken we de thee ook in een kring en lezen er een boekje bij voor.

Buiten spelen
Buiten kunnen de kinderen fietsen, steppen, klimmen en glijden, skippyballen, met een bal spelen, rennen en in de zandbak spelen. Hier kunnen zij veel energie kwijt en daarom zullen wij elke dag naar buiten gaan. Bij mooi weer lekker lang en als het koud of nat is gaan de kinderen goed ingepakt wat korter en letten de leidsters erop dat zij in beweging blijven. Wij hebben regenbroeken voor de kinderen. Deze trekken zij aan als het regent of sneeuwt. Zo kunnen de kinderen toch elke dag naar buiten!
Als we buiten gaan spelen ontmoeten we de kinderen en leidsters uit de andere groep.

Knutselen
Verven, plakken, kleien enzovoorts moet een plezierige beleving zijn voor het kind. Dus hier geldt ook dat het kind er niet toe gedwongen wordt, wel gestimuleerd tot, en dat het resultaat altijd bewonderd wordt door de leidsters. Kinderen zijn meestal heel trots op hun kunstwerk.
De leidsters bieden knutselwerkjes aan op peuterniveau, dus niet te moeilijk en het moet in één keer klaar zijn. Het werkje wordt zo snel mogelijk mee naar huis gegeven omdat een kind er dan nog een band mee heeft.

Yoga
Eén van de leidsters heeft een opleiding tot docente peuteryoga gedaan. Dit is een vast onderdeel van het aanbod van Het Kabouterhuis. De yoga-leidster heeft een schema gemaakt zodat de kinderen minstens één keer in de twee weken een yoga-les van een half uur volgen. De les wordt in de eigen stamgroep gegeven.

Zelfstandigheid
De zelfstandigheid wordt bij de peuters op vele wijzen gestimuleerd.
Hier volgen enkele voorbeelden:
Door geen speelmateriaal op de tafels uit te stallen kunnen de kinderen zelfstandig een keuze maken uit de verschillende speelmogelijkheden.
Wanneer de kinderen naar de wc gaan stimuleren wij hen om zoveel mogelijk zelf te doen zoals zelf broek naar beneden en omhoog doen, zelf doortrekken, eigen handen wassen en afdrogen.

Zindelijk worden stimuleren wij door de luierkinderen tegelijk met de zindelijke kinderen mee te nemen naar het toilet. We vragen of ze op het potje willen. Als ze dit niet willen dan verschonen we op een ongedwongen manier de luier. Willen ze wel op het potje dan wordt dit toegejuicht. Er mag echter nooit enige dwang achter zitten.

Bij het fruit pakt het kind eerst een stukje appel en daarna mag hij kiezen. Als een kind geen appel lust krijgt hij een ander stukje fruit.
Bij de broodmaaltijd kan het kind voor de eerste boterham kiezen uit diverse soorten hartig beleg en bij de volgende boterham is de keuze vrij.
De kinderen dragen binnen slofjes. Als wij buiten gaan spelen stimuleren wij de kinderen om zelf de sloffen uit te doen en de schoenen aan.
Wanneer er jassen aangetrokken worden stimuleren wij ook hierbij het “zelf-doen”.
Belangrijk is om rekening te houden met de mogelijkheden van ieder kind. Kinderen worden regelmatig gecomplimenteerd en toegejuicht.

Wennen
Wanneer een kindje voor de eerste keer een ochtend bij ons komt spelen kan de ouder iets langer blijven. Wij zijn er een voorstander van om het kind ook de eerste keer de hele ochtend op Het Kabouterhuis te laten omdat een kind dan alle rituelen meemaakt en de volgende keer weet wat er op zo’n ochtend gebeurt. Het is onze ervaring dat het kind op deze manier snel gewend is. De ouders mogen in de loop van de ochtend altijd even bellen om te informeren hoe het gaat en zij kunnen er op vertrouwen dat de leidster hen zal bellen als dat nodig is.
Kinderen die tot 15.15 of tot 18.15 uur zijn ingeschreven worden uitgenodigd om van te voren een ochtend tot 11.15 uur te komen wennen.

Houding van de leidster
De leidster dient een vriendelijke stimulerende open houding te hebben naar het kind toe. Zij benoemt gedrag zoveel mogelijk positief, bijvoorbeeld ‘wat aardig dat jij Linda helpt met die moeilijke puzzel’. Dit doet zij ook in niet zo voor de hand liggende situaties. Zoals bij een strijd om wie in het klimrek mag kan zij zeggen “Iedereen mag in het klimrek, wat gezellig zo met z’n allen” en glimlachend stimuleert zij de kinderen elkaar te accepteren. Twee leidsters hebben de training Positief Opvoeden volgens de methode Triple P gevolgd.
Deze methode is met het hele team besproken en zal regelmatig terug komen in het teamoverleg. De afspraak is dat alle leidsters de kinderen volgens deze methode benaderen.

Als een kind slaat, speelgoed afpakt of iets dergelijks loopt de leidster naar het kind toe, gaat op ooghoogte van het kind zitten en geeft een zogenaamde “ik-boodschap” : ‘ik zie dat jij de fiets van Joep pakt, dat vindt Joep vervelend. Kijk, hij moet huilen. Geef de fiets maar weer terug.’ Wij proberen zo min mogelijk het woordje ‘niet’ te gebruiken. Dus we zeggen wat we graag wél willen zien.

De leidster dient stabiel en duidelijk te zijn en de normen en waarden dienen door het hele team uitgedragen te worden. De leidsters geven het goede voorbeeld. Zo zullen de kinderen met respect benaderd worden. De leidster accepteert de grenzen van het kind maar geeft zelf ook duidelijk de grenzen aan.
Zie voor de regels de aparte bijlage over regels.
Als een kind bij voortduring niet luistert en bijvoorbeeld door het lokaal blijft rennen of het spel van andere kinderen blijft verstoren dan laat de leidster hem een andere activiteit doen. Het kan dan ook zo zijn dat de leidster het kind op een stoeltje aan tafel zet met de afspraak dat hij daar even blijft zitten. De leidster vertelt op dit moment aan het kind waarom hij een andere activiteit moet gaan doen of even aan tafel moet zitten. Na de 2 – 5 minuten zegt de leidster tegen het kind dat zij het fijn vindt dat hij goed naar haar heeft geluisterd en rustig is blijven zitten. Zij sluit af met een positieve opmerking zoals “ga maar spelen”.

Samenstelling van het team
In Het Kabouterhuis werken er in elke groep minimaal twee Pedagogisch Medewerkers.
De Pedagogisch Medewerkers werken op vaste dagen en tijden in een vaste groep.
Als er een leidster ziek is wordt deze bij voorkeur vervangen door een van de vaste leidsters. Daarnaast hebben wij ook een goed ingewerkte invalkracht.
Eens in de acht weken is er een teamoverleg. Hier bespreken de leidsters huishoudelijke dingen, er wordt een planning gemaakt voor de komende weken en er is ruimte voor punten die de leidsters zelf inbrengen.
Tijdens het teamoverleg staan we regelmatig stil bij hoe we werken en waarom op die manier.
In Het Kabouterhuis hebben we een weekrooster waar op te zien is wie er wanneer en welke tijden werkt en wat haar taken zijn. Op het informatiebord hangen zichtbaar voor ouders en kinderen de foto’s van de leidsters die op die dag werken.

Pedagogisch beleidsmedewerker/coach 
Loes Scholten en Lieselot Nelissen vervullen binnen Het Kabouterhuis deze functie.
Zij zijn samen verantwoordelijk voor de ontwikkeling, vertaling en implementatie van het pedagogisch beleid binnen Het Kabouterhuis. Zij hebben een actieve rol in de verbetering van de pedagogische kwaliteit van dienstverlening en professionele ontwikkeling van de pedagogisch medewerkers. Zij dragen als coach zorg voor de juiste uitvoering van het pedagogisch beleid op de werkvloer. Dit gebeurt door tijdens elke teamvergadering een pedagogisch punt te bespreken. Loes coacht haar medewerkers op de werkvloer. Lieselot voert twee keer per jaar een individueel coachinggesprek met elke Pedagogisch Medewerker. Omdat Loes en Lieselot zelf ook op de groep werken wordt zij gecoacht door elkaar. Het verslag over de inzet van het verplichte aantal coachinguren vindt u in de map van de oudercommissie.

Stagiaires
Kinderdagverblijf Het Kabouterhuis werkt regelmatig met stagiaires en heeft een erkenning van Calibris als opleidingslocatie voor pedagogische medewerkers in opleiding. Deze pedagogische medewerkers in opleiding kunnen ervaren bij ons hoe het er in de praktijk aan toegaat en ontwikkelen zich tot volwaardige medewerkers die zelfstandig kunnen werken. Het Kabouterhuis biedt stageplekken voor de opleidingen Helpende Welzijn niveau 2 en Pedagogisch Werker niveau 3 en 4.
De BOL (beroeps-opleidende-leerweg) stagiaires lopen korte stages en staan boventallig op de groep. Dit houdt in dat zij niet meetellen voor de leidster-kind ratio en alleen aanwezig zijn om te leren en het personeel te ondersteunen. Zij volgen meestal twee dagen stage en gaan drie dagen naar school.
De taken voor BOL stagiaires zijn ondersteunend. Zo helpen zij met huishoudelijke taken. In de groep assisteren zij met het begeleiden en het verzorgen van de kinderen. Oudergesprekken hebben zij alleen na overleg met de Pedagogisch Medewerker.

De andere groep betreft de BBL (beroeps-begeleidende-leerweg) stagiaires. Deze stagiaires volgen een leer-werk-traject. Dit traject is vaak langer en legt meer nadruk op het werken. Deze stagiaires werken vier dagen en gaan 1 dag naar school. Zij worden intern opgeleid tot pedagogisch medewerker. Deze medewerkers zijn niet boventallig. Wij bepalen in overleg met de docent van de leerling de inzetbaarheidsfactor van de BBL-stagiaire. Deze inzetbaarheid is afhankelijk van hoe ver de student zich in de opleiding bevindt, alsmede van hoe goed wij vinden dat de stagiaire haar werk bij ons doet.
Taken van de  BBL-medewerker, eerst onder begeleiding en langzamerhand zelfstandig:
Zij houdt zich bezig met de begeleiding, verzorging en ontwikkeling van de kinderen , zowel individueel als in groepsverband.
Zij creëert een warme en veilige omgeving en draagt verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de omgeving.
Zij onderhoudt contact met ouders door haal- en brenggesprekken te voeren.
Zij verricht huishoudelijke activiteiten.
Dit jaar, 2024, heeft Het Kabouterhuis geen BBL stagiaire

Elke stagiaire heeft een praktijkbegeleidster waarmee zij tweewekelijks een gesprek heeft over de voortgang van de studie en het functioneren in de praktijk. De praktijkbegeleidster is een ervaren Pedagogisch Medewerker die in de praktijk veel met de stagiaire samenwerkt.

Informatie voor de ouders
Ouders worden geïnformeerd door:
-Het kennismakingsgesprek en de rondleiding waarvoor ouders worden uitgenodigd wanneer zij hun kind bij Het Kabouterhuis inschrijven.
-De website www.hetkabouterhuis.nl
– De breng- en haalgesprekjes
De leidsters praten regelmatig met de ouders tijdens de breng- en haaltijden. Meestal worden de leuke dingen verteld. Als het kind waar het over gaat erbij staat betrekken we het kind bij het gesprek. Bijvoorbeeld ‘ Liesje heeft met zo veel plezier geverfd, laat maar eens aan mama zien Liesje hoe mooi je schilderij is geworden.’
De leidsters dienen rekening te houden met de privacy van het kind en de ouders dus wordt niet alles besproken in de aanwezigheid van andere ouders maar indien nodig wordt er een rustig moment en een rustige plek gezocht.
-Ieder kind heeft een eigen mentor. Over het algemeen is dit de pedagogisch medewerker die het kind het meest ziet op de opvangdagen. Voordat een kind de eerste keer in Het Kabouterhuis komt spelen krijgen de ouders een mail van de mentor van hun kind met daarin de informatie die u kunt vinden onder het kopje ‘Mentorschap’.
– Een informatiebord. Dit bord hangt bij de buitendeur. Hierop staat alleen informatie van Het Kabouterhuis. De dingen die wij belangrijk vinden om aan de ouders te melden. Bijvoorbeeld aan welk thema we werken, informatie over besmettelijke kinderziektes die één of meerdere kinderen heeft/hebben, data die ouders moeten weten zoals dagen waarop Het Kabouterhuis is gesloten of wanneer de ouderavond is.
– Ouders krijgen elke twee maanden een informatiebrief, de kabouterkrant per mail toegestuurd. Hier wordt alle belangrijke algemene informatie in vermeld.
-Elk jaar is er een ouderavond. Aan de hand van foto´s of een film wordt getoond hoe een dag in Het Kabouterhuis eruit ziet. Daarnaast wordt de avond aangevuld met een onderwerp dat ouders met peuters interesseert.
-De oudercommissie zal regelmatig aan de ouders verslag uitbrengen van haar vergaderingen. De oudercommissie doet dit via de mail.
De map van de oudercommissie is op Het Kabouterhuis aanwezig. Hierin zit informatie van de oudercommissie zelf maar ook de regels en protocollen die in Het Kabouterhuis gelden. Deze map is door alle ouders in te zien.
-Ouders kunnen in het inspectierapport van de GGD zien wanneer Het Kabouterhuis door de GGD is bezocht en wat de bevindingen waren. Klik op deze link voor het inspectierapport van de GGD: https://www.landelijkregisterkinderopvang.nl/pp/inzien/Oko/InspectieRapport.jsf?selectedResultId=303229

Opvallend gedrag bij peuters
Opvallend gedrag van een kind wordt in het teamoverleg besproken. Wanneer de leidsters het gedrag zó opvallend vinden dat het de ontwikkeling van het kind kan verstoren of wanneer zij denken dat het gedrag een gevolg is van een ontwikkelingsstoornis dan worden de ouders uitgenodigd voor een gesprek met de mentor van het kind. Indien nodig of gewenst door ouders of de leidster is de pedagoog van Het Kabouterhuis bij dit gesprek aanwezig. In dit gesprek vertellen wij de ouders wat ons opvalt aan het gedrag van hun kind en vragen wij of de ouders deze of andere opvallende gedragingen ook zijn opgevallen. Dan adviseren wij om met de huisarts of de consultatiebureau-arts hierover te praten en eventueel een doorverwijzing te vragen.
Als een kind drie jaar is geworden letten we extra op de taal- en spraakontwikkeling en indien nodig adviseren wij de ouders om met het kind naar logopedie te gaan.
Belangrijk is om na enkele weken terug te komen op het gesprek en te vragen of en hoe de ouders actie hebben ondernomen.

Protocol huiselijk geweld en kindermishandeling
Bij een vermoeden raadplegen we de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
Dit protocol wordt elk jaar op de agenda gezet en in het teamoverleg besproken.
In de map Veiligheid is de complete meldcode te vinden.
In de map met protocollen staat een samenvatting van de meldcode.

Ons beleid ten aanzien van ziekte bij de kinderen.
Wij willen het graag weten als een kind ziek is of ziek is geweest.
Peuters kunnen ’s avonds koorts hebben en de volgende ochtend weer helemaal fit zijn. Zij kunnen dan ook weer komen spelen in Het Kabouterhuis.
Als het kind een besmettelijke ziekte of aandoening heeft dan hanteren wij de voorschriften voor kinderdagverblijven van de GGD.
We hangen dan ook informatie op ons informatiebord zodat andere ouders de ziekte herkennen en weten welke actie zij moeten ondernemen.
Wanneer een kind koorts krijgt op de peuteropvang bellen wij de ouders om het kind op te laten halen.
Medicatie wordt door ons alleen toegediend als ouders een formulier `overeenkomst gebruik geneesmiddelen` hebben ingevuld en ondertekend. De medicatie dient in de originele verpakking te zitten met de bijsluiter.

Oudercommissie
Het Kabouterhuis heeft een oudercommissie met minimaal twee leden. Als er voor een vacature meerdere kandidaten zijn zal de oudercommissie een verkiezing organiseren. De oudercommissie is er om de directie te adviseren en zij dient bij belangrijke wijzigingen ruim van te voren geïnformeerd te worden door de directie. (bijv. wijziging openingstijden, verhoging ouderbijdrage).
De oudercommissie wordt betrokken bij de invulling van feesten en de ouderavond.
Hiernaast is zij vraagbaak voor de ouders. Ook kan zij belangrijke zaken die leven bij de ouders onder de aandacht brengen van de leiding van Het Kabouterhuis.

Waarborg veiligheid en gezondheid
Het Kabouterhuis heeft protocollen en regels voor de leidsters, de kinderen en hun ouders. Deze zijn te vinden in de map van de oudercommissie.
Daarnaast inventariseert het team jaarlijks de risico’s op het gebied van veiligheid en gezondheid aan de hand van de risicomonitor. Zie voor meer informatie het hoofdstuk ‘De risicomonitor’.
De inspectie kinderopvang controleert of Het Kabouterhuis voldoet aan de kwaliteitseisen uit de Wet kinderopvang en Beleidsregels kwaliteit.
Klik hier voor het inspectierapport van de GGD.

Het vier-ogen beleid
Bij Het Kabouterhuis waarborgen wij de transparantie in onze dagelijkse omgang met de kinderen. Dit doen wij door op elke groep minimaal twee pedagogisch werkers te hebben. Elke groep is vrij toegankelijk voor de leidsters van de andere groep. Van de toilet- en verschoonruimte staat de deur altijd open. Ook hier lopen de leidsters van de beide groepen makkelijk in en uit.

Klachten
Interne klachtenregeling
Als ouders een klacht hebben kunnen zij deze bespreken met de leidster van de groep waar hun kind inzit. De leidster neemt de klacht serieus en zal haar best doen om samen met de ouder tot een oplossing te komen.
Het kan nodig zijn dat de leidinggevende, Loes Scholten, hierbij betrokken wordt.
Dit kan op initiatief van de leidster en ook op initiatief van de ouder. De leidinggevende wordt in ieder geval van iedere klacht op de hoogte gebracht.
Ook is het mogelijk voor de ouder om de klacht te bespreken met een lid van de oudercommissie.
Ons doel is altijd om er met de ouders uit te komen zodat de samenwerking weer harmonieus kan verlopen.
Externe klachtenregeling voor ouders
Als ouders klachten hebben waar zij met de leiding niet naar tevredenheid een oplossing voor kunnen vinden of waar zij niet met de leidsters en leidinggevende over willen praten is er de mogelijkheid om deze klacht te melden bij een centrale klachtencommissie.
Het kabouterhuis is aangesloten bij de landelijke Geschillencommissie Kinderopvang website www.degeschillencommissie.nl

Mentorschap
Ieder kind van de groep wordt door alle pedagogisch medewerkers op eenzelfde manier begeleid qua verzorging en aandacht. Bij de haal- en brengmomenten wordt de benodigde informatie door de dan aanwezige pedagogische medewerkers uitgewisseld.

Het is wettelijk bepaald dat ieder kind een eigen mentor heeft. Over het algemeen is dit de pedagogisch medewerker die het kind het meest ziet op de opvangdagen. Voordat een kind de eerste keer in Het Kabouterhuis komt spelen krijgen de ouders een mail van de mentor van hun kind met daarin onderstaande informatie.
“De mentor houdt de ontwikkeling en het welbevinden van het mentorkind bij in het digitale notitieschrift.
Regelmatig voert zij, net als de andere leidsters een  haal- en brenggesprekje met de ouders over het kind.
Wanneer het kind drie jaar is geworden voert de mentor een observatie uit met als leidraad de methode ‘De Peuter-estafette’.
Als er bijzonderheden zijn rond de ontwikkeling van een kind dan bespreekt de mentor deze met de ouders.
Als de ouders behoefte hebben om naast de haal- en brenggesprekjes informatie uit te wisselen met de mentor kunnen zij een afspraak met de mentor maken.
De mentor zorgt er ook voor dat de gegevens adequaat worden bijgehouden, zoals contactgegevens.
Zij/hij zal ook het jaarlijkse oudergesprek voeren (als ouders hier behoefte aan hebben).
Als een kind vier jaar wordt draagt de mentor zorg voor een doorlopende ontwikkellijn met de basisschool en de naschoolse opvang door een overdrachtsverslag te schrijven en aan de ouders te sturen. Aan de ouders is het om dit door te sturen naar de basisschool en de naschoolse opvang.